Mt. Wilhelm - Reisverslag uit Port Moresby, Papua Nieuw Guinea van Arend Jansen - WaarBenJij.nu Mt. Wilhelm - Reisverslag uit Port Moresby, Papua Nieuw Guinea van Arend Jansen - WaarBenJij.nu

Mt. Wilhelm

Door: Arend

Blijf op de hoogte en volg Arend

09 November 2011 | Papua Nieuw Guinea, Port Moresby

De vertrekhal voor de domestic flights is een grote chaos. Er zijn welgeteld twee nationale vliegmaatschapijen in PNG. Air Niugini en de budget liner: Airlines PNG. Nog geen week geleden is van deze laatste airliner een Dash 8 vliegtuig gecrashed. Slechts 4 mensen hebben de crash overleefd. De piloot en co-piloot, de enige sewardes en een passagier. Airlines PNG is ook de charter maatschappij voor het bedrijf waarmee ik werk en ik ben dus al twee maal met hen heen en terug naar het kamp gevlogen. Het traject van ruim 500 kilometer duurt maar liefst 2 uur in het Twin Otter vliegtuig dat daarvoor wordt ingezet. Het is een oud beestje dat er van binnen versleten uit ziet. Het toestel staat echter bekend om zijn degelijkheid en ik heb mij er niet onveilig in gevoeld. Men houdt zich ook zeer strikt aan het maximum laadvermogen. Alle bagage en elke passagier gaat op de weegschaal. Door de scherp gehanteerde norm zijn meestal slechts 11 van de 17 stoelen bezet omdat met die 11 personen het maimum gewicht behaald is.
Vanwege de crash worden alle Dash 8 toestellen van Airlines PNG aan de grond gehouden. Het schijnt de 22ste crash in de eerste 10 levensjaren van het bedrijf te zijn. Een niet al te best track record. In de vertrekhal is het nu dus leeg voor de APNG incheck balies. Voor de Air Niugini balies is het deste drukker. De lange rij waar ik aansluit schiet voor geen meter op. De stewardes acher de bali lijkt ook met veel dingen bezig te zijn behalve het inchecken van passagiers. Wanneer er na 20 minuten nul mensen voor mij in de rij zijn ingechecked erger ik mij kapot en begin zowaar te stressen. Zal ik gewoon naar de business class balie lopen en zien of ze de white man even snel een boardingpass kunnen geven? "Flight 180 to Mt. Hagen" roept een jonge kerel die zich achter de incheck balie heeft begeven, de rij voor mij maakt weinig aanstalte en ik steek mijn hand op en loop direct naar voren. Ik heb geen zin om deze vlucht te missen en het is inmiddels 3 kwartier voor vertrek.
Tot mijn verbazing vertrekken we uiteindelijk nagenoeg optijd. Wanneer ik de veiligheids instructie kaart lees realiseer ik mij dat ik voor het eerst in mijn leven in een Nederlands vliegtuig zit: een Fokker 100. Ergens voelt het toch een stuk betroubaarder dan de Twin Otter van Airlines PNG.
In Mt. Hagen staat er zowaar een blanke man met een A4-tje waarop met potlood geschreven staat: Arend Mt. Wilhelm. Ik heb mijn verblijf geboekt bij Betty's lodge. Betty is een PNG dame die met een Australiër is getrouwd en een van de weinige locals die een succesvolle business heeft opgezet. Naast de houten backpackers lodge heeft zij een forellen kwekerij die gevoed wordt door een van de vele bergstroompjes.
De weg van Mt. Hagen naar de lodge gaat eerst over de fameuze Highlands highway. Een betrekkelijk goed geasfalteerde weg. helaas te vroeg gejuicht want na een uur wordt het langzaam steeds slechter en worden de strookjes asfalt steeds vaker afgewisseld met onbegaanbare stukken gravel en gaten kaas. Na de afslag van de hoofdweg richting de voet van Mt Wilhelm wordt het pas echt bar. Het pad, een weg kun je het nauwelijks noemen, is dramatischer dan ik ooit in Afrika heb gezien. De veertig kilometer bergweg leggen we af in 3 uur, een goede tijd dankzij het droge seizoen.

Ik ben de enige gast in de lodge, de laatste bezoeker hier was twee weken geleden. Tobias is de gids die mij in de komende twee dagen naar de top van Mt. Wilhelm zal leiden. Dag een is een gemakkelijke klim van 2800 naar 3600 meter en leidt door een mooie vallei met palmbomen. Halverwege op een fraai uitkijkpunt zegt Tobias dat hij terug moet omdat hij zijn telefoon heeft laten liggen. Geen probleem zeg ik, ik wacht wel, maar ondertussen gaan er van allerlei ramp scenario's door mijn hoofd. Is dit een smoes? Komt hij wel terug, of komt er nu iemand uit de bush om mij te beroven? Dat krijg je met al die angst verhalen die de PNG staff mij heeft ingeprent: Er moet wel iemand zijn die je komt ophalen van de airport doc. En hoe ga je dan naar Madang lopen, in je eentje met een gids? Nee je moet beslist met minimaal twee begeleiders zijn...
Tobias zei dat hij zijn telefoon was vergeten bij het uittrekken van zijn shirt en dat laatste heb ik hem zien doen. Het komt vast wel goed, ik heb heb hem nog niet betaald dus hij komt zeker terug. Zonder succes is hij een half uur later terug. Hij haalt zijn schouders op, wellicht dat we morgen middag op de terugweg geluk hebben. Net als een gemiddelde westerling maakt hij zich weinig druk om het materiële verlies, maar des te meer om het verlies van alle opgeslagen telefoon nummers.
Een ruim uur later bereiken we het base camp van Mt. Wilhelm. Een vervallen houten gebouwtje aan de rand van een rustiek bergmeertje.
Om 02.00 uur de volgende morgen begint de klim naar de top om daar bij zonsopgang aan te komen. Het is pikdonker de eerste 3 uur van de klim. Geen maanlicht, wel een heldere sterren hemel. Het klimmen valt mij zwaar. Blik op oneindig en rustig door stappen. Er wordt niet veel gepraat, zelf heb ik er ook niet genoeg adem voor. Het is lastig om je te concentreren op het lopen. Gedachten dwalen af en op een goed moment heb ik het idee dat ik de gedachten stroom in mijn hoofd niet meer in de hand heb. Het lijkt wel of ik gek word! Pas na afloop van de klim wanneer ik in de Lonely Planet over hoogte ziekte lees realiseer ik mij dat dit een van de symptomen is.
Telkens als ik denk de top in zicht te hebben doemt daar achter een hogere zwarte schaduw op. Na bijna 5 uur staan we eindelijk op het hoogste punt van PNG 4509 meter. Het is er koud en het waait hard. Beneden ons hangt een groot wolken dek dat helaas het uitzicht op de oceaan verhindert. Bij helder weer is het mogelijk om zowel de noord als de zuidkust van PNG te kunnen zien.
Mijn benen trillen als rietjes tijdens het afdalen, alle kracht is er uit. Rusten heeft weinig zin, het trillen wordt erger en wanneer je weer in beweging wil komen lijken alle gewrichten tegen te stribbelen. Op dit soort momenten moet ik altijd aan Primo Levi denken die schrijft over zijn concentratie kamp ervaringen. Vele ontberingen vallen hierbij in het niet, en mijn persoonlijke lijdensweg wordt een stuk draaglijker. Terug in het base camp rust ik eerst 2 uur uit alvorens verder af te dalen naar Betty's lodge.
We vinden zowaar Tobi's telefoon op de plek waar hij hem per ongeluk had achter gelaten.

Na 12 uur gestrekte bedrust ben ik klaar voor de 3 daagse wandel tocht naar Madang. Mijn veiligheidsschoenen waren minder goed ingelopen dan ik had gedacht. Er hebben zich diverse blaren op de tenen en hielen gevormd. Het doet denken aan mijn tijd met de mariniers op bergtraining in Noorwegen. Sommigen van de jongens hadden hun schoenen niet goed ingelopen en ontwikkelden uiteraard blaren tijdens de meerdaagse training. Met wat pleisters en eventueel een pijnstiller stuurde ik hen terug naar hun eenheid, tot ongenoegen van sommigen. Na enkele weken stond ik bekend als de beul van Harstad omdat ik geen van de mannen met blaren vrij van dienst of een andere restrictie had gegeven. De mariniers worden tijdens hun initiële training al ingepeperd met het adagium: pijn is een emotie en emoties kan je uitschakelen. Geen medelijden dus met mensen die weigeren zich enigszins voor te bereiden.
Wat betreft mijn eigen blaren heb ik spijt dat ik de schoenen of mijn voeten niet beter heb ingelopen. De pijn is lastig maar niet ondraaglijk.
De tocht naar Madang voert eerst naar Snowy Pass waar we overnachten bij Mozes en zijn vrouw. Het is een klein bergdorpje op 2200 meter. Er wordt gekookt op een houtvuur in de hoek van het huis. Een schoorsteen hebben deze huizen niet, er zijn genoeg kieren waardoor de rook naar buiten kan ontsnappen, maar uiteraard staat de hele hut wel blauw van de rook. Het is bijna niet voor te stellen dat de meerderheid van de Papua's op deze manier leeft. Een minimaal bestaan noemt Betty het. De meerderheid is lui zegt ze, en ze weigeren naar school te gaan. Ze leven van de opbrengst van hun eigen moestuin en proberen een centje te verdienen om andere basis benodigdheden te kopen. Ze hebben haar alweer bericht dat haar auto tijdens de tocht over de bergweg iemand heeft aangereden. Niemand van de inzittenden heeft hier echter iets van gemerkt en het is duidelijk een verhaal dat uitsluitend gericht is op financieel gewin. Ze hebben gezien dat zij een blanke in de auto had en dat betekent geld.
Na een nacht met weinig slaap vervolgen we onze weg naar Bundi. Onderweg komen we veel mensen tegen. De meesten dragen goederen richting een mijn. De weg waarover we lopen was ooit geschikt voor auto verkeer maar wegens gebrek aan onderhoud rijdt hier geen enkel voertuig meer. Mensen dragen een last met handelswaar van lokatie a waar het goedkoop is naar locatie b waar ze het voor iets meer kunnen verkopen. De gebruikelijke goederen zijn rijst, suiker, sigaretten, bier en beatlenut. Bijna iedereen die we passeren wordt gedag gezegd, meestal gevolgd door een stevige handdruk.
Na vijf uur lopen komen we aan in Bundi station. Een Katholieke missie post met zowaar een klein vliegveld dat helaas niet meer in gebruik is. Er staat een imposant klooster ooit gebouwd met financiering van het Vaticaan wordt mij verteld. We verblijven bij de zuster van Sylvia. Sylvia is een van Betty's medewerkers die toevallig ook naar Madang moest en dus met mij en mijn gids Peter mee loopt. Om ook aanspraak te kunnen maken op een vergoeding draagt zij eenvan mijn twee rugzakjes en kookt zij voor ons.
Voor de laatste dag dring ik aan om vroeg van start te gaan. Als we op tijd in Brahmin zijn kunnen we mogelijk nog vervoer richting de hoofdweg naar Madang krijgen. De wandeltocht begint met een super steile afdaling. Alle drie hebben we wel ergens een pijntje. Peter mijn gids vroeg mij een dag eerder al of ik ook pijnstillers bij me had. Nee sorry niet meegenomen. Hij heeft last van zijn rechter knie. Stom dat ik niet wat ibuprofen heb meegenomen. Dat had mijn eigen spierpijn en pijn van de blaren ook wat kunnen verlichten.
Een aantal kinderen komt ons voorbij gerend in de afdaling. Zij gaan "school supplies" ophalen die beneden in het dal zijn gebracht. In een uur leggen wij de steile afdaling af en bereiken een bergrivier die richting de kust stroomt. Vanaf hier is het een betrekkelijk gemakkelijke weg die de rivier volgt. Mijn twee flesjes water van elk 600ml zijn al lang op. Het is duidelijk niet genoeg want sinds vanochtend heb ik nog niet geplast. Toch voel ik mij prima.
We ontmoeten een paar mannen die voor een mijnbedrijf werken. Ze hebben metingen verricht naar de stroomsnelheid de rivier. Onder de schaduw van een grote bamboe plant wachten zij op hun helicopter pickup, rustig kauwend op rietsuiker stengels. Ze bieden ons ook rietsuiker aan. Ik houd niet van de weeïge zoete smaak maar dwing mij zelf het suikerwater te nemen. Het vocht en de calorieën kan ik nu goed gebruiken. Ik neem de bijna 1 meter lange rietsuiker stengel aan en begin hem als een local met de tanden van de bast te ontdoen. Precies zoals ik in Afrika zo vaak heb gezien. Van de zachte kern van de stengel kun je gemakkelijk een brok afbijten. Het zoete sap gutst daarbij al over de lippen. Je kauwt al het vocht er uit en spuugt de vezelige resten uit. De weeïge zoete smaak komt bijna mijn neus uit maar ik weet de hele meter weg te werken en binnen te houden.
Vlak voordat we het laatste dorp bereiken komt er een Toyota Landcruiser aangereden. Ik maan de auto tot stoppen en dat doet hij zowaar. Voorin zitten twee mannen en achterin lijken het er meer dan 10 te zijn. Ik leg uit waar we vandaan komen en dat Madang onze eindbestemming is. De bijrijder voorin geeft aan dat zij ons wel een lift naar de hoofdweg zullen geven. Ik maak al aanstalte om mijzelf achterin erbij te proppen maar Sylvia zegt dat ik voorin plaats moet nemen. Inderdaad de bijrijder die de baas blijkt te zijn schikt zich richting de versnellingspook zodat de 1,5 persoons voorstoel net genoeg ruimte voor mij overlaat. Ik waardeer het zeer dat jullie deze tocht hebben gemaakt zegt de baas. Daarom ben ik ook gestopt en voor mensen als jullie is altijd plaats over. Ja ja denk ik en vermoed dat hij bedoelt dat er voor hen een goede deal in zit. Ik heb niet onderhandeld over een prijs. Het maakt mij ook niet uit wat ze gaan vragen. Ik heb het gehaald en we komen vandaag nog in Madang. Vijftien minuten later worden we bij de hoofdweg afgezet. Ik bied de baas 10 Kina aan, maar hij weigert, nee we willen jullie helpen, geen geld. Ongelooflijk dat ik me nog zo kan vergissen in mensen.
Het is iets na tweeën en vanaf dit punt nog 2 uur naar Madang. Het duurt een uur of twee voordat er eindelijk een PMV busje (private motor vehicle) stopt die ons drieën mee kan nemen.


  • 11 November 2011 - 16:01

    Hanneke:

    Ha die Arend
    Wat een mooi verhaal. Ik hoopte dat je door zou gaan met vertellen. Maar helaas Ik denk dan maar volgende keer meer want je bent nog niet terug .
    Heel veeel plezier daar . Je moet Emile en Veerle horen over Arend in Papua Nieuw G
    Groet ook van Smit
    Hanneke

  • 16 November 2011 - 13:53

    Marlous:

    Arie,

    In de boeken van Graham Greene komen vaak artsen voor, die avontuurlijk en een beetje cynisch zijn. Ik moest er aan denken toen ik je stuk las!

    Liefs,

    Marlous

  • 24 November 2011 - 06:06

    Steven:

    Ha Arend, ik was benieuwd hoe het je verging bij de SOS jongens, en dan lees ik zo een mooi verhaal over Mt Wilhelm. Je vermaakt je dus blijkbaar goed!
    Veel succes met alles!
    Groet uit Nairobi, Steven

  • 18 December 2011 - 08:51

    Emile:

    hoe arend! wanneer horen we ns wat van je. niets is zo plezierig op de zondagochtend om in je (mijn) comfortzone de belevenissen en ontberingen te lezen die jij beschrijft. de pijn van een ander is goed te verdragen, heb ik van jou geleerd. eric hield een goed verhaal bij de crematie van pake, dat was plezierig. verder mooie muziek en andere goede verhalen oa van de economische directeur van destijds die veel jonger dan heit was.
    die diplomaat/schrijver springer (zaken over zee, gladde paal van de macht, schimmen rond de perula)die OOK zo leuk schrijft en veel van de wereld zag, is inmiddels overleden. nou ja. 30%van de architecten is zonder baan, wij redden ons nog. doen aan veel prijsvragen mee. heel spannend.
    all the best emile

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Papua Nieuw Guinea, Port Moresby

Arend

Na een jaar als "freelance" huisarts te hebben gewerkt heb ik mij aangemeld bij Artsen Zonder Grenzen. Momenteel ben ik op mijn eerste missie in het oosten van Congo om te werken in het streekziekenhuis van Mweso.

Actief sinds 12 Jan. 2010
Verslag gelezen: 490
Totaal aantal bezoekers 106778

Voorgaande reizen:

04 Juni 2011 - 25 Januari 2013

PNG

19 Januari 2010 - 15 Augustus 2010

Mweso Congo

Landen bezocht: