R&R
Door: webmaster
Blijf op de hoogte en volg Arend
24 Maart 2010 | Congo, Democratische Republiek v, Goma
Ik heb een lange boodschappenlijst van de expats uit Mweso meegenomen en besluit om maar meteen inkopen te gaan doen. Zes sloffen sigaretten, rum, gin, aanstekers, chocola. Allemaal noodzakelijke items die je in Mweso niet kunt kopen. Binnen korte tijd lukt het om de benodigdheden te verzamelen en ik vind zelfs een originele Nokia oplader. Door de grote fluctuaties in de stroomvoorziening gaan elektrische apparaten hier veel sneller stuk dan in Europa. Na mijn boodschappenlijst rust ik even uit bij het hotel Karibu (welkom in Swahili). Uiteraard gelegen aan de rand van het meer ligt het wat hoger dan de rest van de bebouwing hier. De voorbereidingen voor een huwelijksfeest zijn in volle gang maar dat vormt geen belemmering voor mij om onder een van de parasollen aan de rand van het zwembad plaats te nemen en een welverdiende Primus te bestellen.
Mijn volgende missie is een bezoek aan Clémence, de verpleegkundige van mijn afdeling die wegens familieomstandigheden terug naar Goma moest en derhalve ontslag heeft genomen enkele weken geleden. Uiteraard woont zij in de carthier. Bij een benzinestation aan de hoofdweg wacht zij op de MSF taxi waarmee ik word vervoerd. Uitgedost in een prachtige oranje/zwarte “panje” compleet met gevouwen hoed maakt zij haar opwachting. Over de brokkelige lavastenen lopen we de wijk in. Alles is hier zwart en grijs, er groeit nog geen grassprietje. In 2002 heeft een lavastroom na het uitbarsten van de vulkaan grote delen van Goma in as gelegd. Ooit heb ik op school geleerd dat lava vruchtbare grond is maar hier lijkt het tegendeel waar. Wellicht heeft het nog tijd nodig, net zoals het democratiseringsproces in dit land. Tussen de houten hutjes doemt een stenen huis op. Zou zij daar wonen denk ik hoopvol, haar man is advocaat en zij verpleegkundige. Hun inkomen moet toch een stuk boven modaal uitsteken. Maar nee, helaas, het enige stenen huis in deze wijk behoort toe aan een militair, hoe kan het ook anders. De ontvangst is zeer hartelijk. Naast de man van Clémance is er een aantal van haar schoonbroers. Iedereen hangt een beetje op de bank en kijkt gezamenlijk dvd’s op een piepklein tv-tje. Une Primus s’il vous plaît, antwoord ik als mij beleefd om une bière of sucrée wordt gevraagd. Een van de jongste jongens wordt een lege bierfles in de hand geduwd en op pad gestuurd om een volle te gaan halen. Net als op de studentenkroeg kun je hier slechts een biertje kopen als je eerst een lege inlevert. Ik voel mij een beetje bezwaard dat dit speciaal voor mij gekocht moet worden, helemaal omdat zij allen niets drinken. Als compensatie maak ik een boel foto’s van dochtertje Anne en beloof terug te komen hopelijk met een paar geprinte versies.
Zondag 21 maart lukt het dan eindelijk om een ritje te maken op de motor. Een van de lokale MSF expats heeft mij de dag ervoor uitgelegd hoe je dat regelt: de grens over naar Rwanda en dan een moto-taxi aanhouden om die voor een aantal uren te huren, zonder chauffeur wel te verstaan. Samen met Marcel, een Nederlandse expat uit Goma die toevalligerwijze in Nederland ook een BMW motor bezit ga ik richting “la grande Barrière”: de grens met Rwanda. Hij heeft een soort permanent passage visum maar ik heb niets van dat soort papieren. Officieel had ik 3 dagen van te voren via internet een visum moeten aanvragen. Met een vrolijke glimlach en oprechte uitleg van mijn voornemens lukt het mij evenwel om terplekke een visum te krijgen. Uiteraard moet ik nog wel de standaard prijs van 60 dollar voor dit visum betalen, maar dat is mij een dagje motoren wel waard. Na een korte onderhandeling weten we 2 kleine motorfietsen te huren voor 8 dollar per stuk. Borg kennen ze niet en betaling vindt plaats achteraf. In Europa zou je op deze manier snel klaar zijn met je business maar het witte gezicht van de mzungu geeft blijkbaar alle vertrouwen. De tocht is super. Langs het Kivu meer rijden we in zuidelijke richting. De zandweg is soms slecht en op andere plekken zeer slecht. Onze motortjes (Indiase kopieën van een Honda model) slepen ons er echter moeiteloos doorheen. Op een enkel ander motorfietsje na komen we behalve voetgangers geen verkeer tegen. Overal zijn uiteraard wel kinderen te vinden en net als in Congo vragen ze allemaal om geld. Het enige verschil is dat men dit in Rwanda meestal in het Engels vraagt in plaats van het Frans. Uitbundig juichen zij ons toe en houden vervolgens hun hand op. Een dag eerder heb ik het boek van Gil Courtemanche uitgelezen: "Een zondag aan het zwembad in Kigali". Het beschrijft op ijzingwekkende wijze de voorbereidingen en executie van de gruwelijke slachtpartijen in Rwanda in april 1994. Het geeft een rare bijsmaak aan het bezoek van dit land. Slechts 16 jaar geleden, veel van de mensen die ik zie moeten dit bewust hebben meegemaakt. Maar hier lijkt het wel of men die tijd al lang vergeten is, alsof er sindsdien al 3 nieuwe generaties zijn gevormd. Terug aan de Congolese kant van de grens verdwijnt dit unheimische gevoel pas en begin ik mij zowaar thuis te voelen. Een beetje vreemd is dat wel omdat dit deel van Congo toch ook bepaald niet fris is.
-
25 Maart 2010 - 09:43
Rees:
Arie, wat een fantastisch verslag. Erg boeiend om te lezen!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley